hoofdstuk 9 / 9

9. Kennismaken met de raad

Oefening

Doel

Verkennen hoe de rekenkamer succesvol(ler) kan worden gemaakt.

Wat

Drie oefeningen.

Groepsgrootte

Maximaal 15 deelnemers.

Duur

Circa 30 à 45 minuten.

Hoe

Verkennen hoe rekenkamer en raad de rekenkamer succesvoller kunnen maken. Bekijk de drie opties en kies welke het best past bij het doel van de ontmoeting.

Oefening

Optie A: In (en uit) de grindbak

Hoe kunnen we het rekenkamerwerk vast laten lopen? Bedenk in groepjes eerst 5 minuten zoveel mogelijk dingen die een lid van de rekenkamer kan doen of zeggen om het vast te laten lopen. Bedenk daarna 5 minuten zoveel mogelijk dingen die een raadslid kan doen of zeggen om het vast te laten lopen.

(Alternatieve aanpak: de raad neemt geen enkele aanbeveling van het rekenkameronderzoek over. Bedenk zoveel mogelijk redenen waarom. Wat ging er mis? Ook in de interactie raad-rekenkamer?)

Cluster de antwoorden. En bedenk dan per cluster een of twee gouden tips - dingen die een raadslid of rekenkamerlid kan doen of zeggen - voor een effectief rekenkameronderzoek. Om (nog sterker) weer uit de grindbak te komen!

Download dit werkblad (docx - 16KB)

Optie B: Leuker kunnen we het wél maken. En makkelijker.

(Of: elk vooroordeel heeft z’n voordeel)

De begeleider schetst een saai en negatief beeld van het rekenkamerwerk en waarom raadsleden (en collegeleden en ambtenaren) vooral last van rekenkamers hebben. Bijvoorbeeld: “Rekenkamers zeuren alleen maar vanuit een ivoren toren dat beleid SMART moet zijn. Ze willen dat alles wordt vastgelegd in regels en protocollen en dat elk stapje in de uitvoering vastgelegd wordt in een dossier. Rekenkamers letten alleen maar naar op de centen en op wat nog niet goed genoeg ging. Ze overladen de raad met informatie waar de raad op dat moment vaak helemaal niet zit te wachten. En dat terwijl de raad het al zo druk heeft.”

  • Deelnemers vullen het beeld aan. Spelregel: je mag alleen vooroordelen of negatieve stereotypen roepen!
  • De begeleider clustert de vooroordelen (bijvoorbeeld: alles precies willen weten, oordelend, dor, cijfer-freaks, informatie-overload, leidt tot meer verantwoording en dus bureaucratie) en laat deelnemers in subgroepen op elk cluster een positieve tegenreactie en vooral actie bedenken.
  • Je laat de deelnemers vervolgens per subgroepje een pitch houden over waarom een rekenkamerlid voor een raadslid ‘da bomb’ is.

(vrij naar Ont-saai-en – Ron Weijmans, p.95)

Download dit werkblad (docx - 17KB)

Optie C: Back-casting: “Wie had er ooit kunnen denken dat het ons zou lukken?”

Stel je voor dat het vijf jaar later is. Jullie zijn dus al een tijd aan het werk en komen weer bij elkaar, als grondleggers van de nieuwe samenwerking tussen rekenkamer en raad. Beeld je in dat je dan een toost uitbrengt. Je proost met de zin:

“Wie had er vijf jaar geleden kunnen denken dat het ons zou lukken om…”.

  • Iedereen maakt die zin af. Op die manier ontdek je hoe iedereen het voor zich ziet als gelukt is waar jullie voor zijn.
  • Ga vervolgens nieuwsgierig doorvragen: wat heb je gedaan om dat te bereiken? De kunst is om te blijven doen alsof het vijf jaar in de toekomst is. Het is dus al gelukt! “Vertel, wat deed je om dat voor elkaar te krijgen?” Het werkt het beste om dan in de verleden tijd antwoord te blijven geven. Bijvoorbeeld: “Nou, dat was best ingewikkeld, want ik moest eerst een stevig gesprek voeren met het college over de samenwerking.”
  • Stel jezelf echt voor dat het al gelukt is en dat je terugkijkt op de manier waarop je dat deed. Je zult ontdekken dat je daardoor veel beter weet wat jullie eerste stappen moeten zijn om die ambitie ook waar te maken.
  • Bij een grote groep kan dit het beste in duo’s.
  • Vervolgens deelt iedereen die dat wil zijn of haar mooie eerste stap.

Download dit werkblad (docx - 17KB)

Voorstellen

1. Basispresentatie

Doel: informeren wat de rekenkamer is, mag en doet

Wat: PowerPointpresentatie

2. Kennismaken

Doel: elkaar professioneel en persoonlijk beter leren kennen

Wat: drie werkvormen met kennismakingsvragen

3. Kennisquiz

Doel: luchtige test met weetjes over rekenkamer en raad

Wat: quiz

Verdiepen

4. Discussie

Doel: bespreken hoe de rekenkamer kan gaan werken en hoe raad en rekenkamer daarvoor willen samenwerken

Wat: vragen en stellingen

5. Brainstorm

Doel: bedenken van mogelijke onderzoeksonderwerpen of -vormen

Wat: drie brainstormvormen

6. Oefening

Doel: werken aan manieren om de rekenkamer succesvol te maken

Wat: drie oefeningen